top of page

Rasbeschrijving

FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (F.C.I.)

Patronaatsland: Spanje


Publicatie van de originele, geldende rasstandaard: 20-12-1990
Herziening van de originele, geldende rasstandaard: 03-06-1999


KLASSE-INDELING F.C.I.
Groep 8: Retrievers, Spaniels en Waterhonden.
Sectie 3: Waterhonden.



VERSPREIDINGSGEBIED
Zuid Spanje en de Cantabrische kust; in mindere mate in de rest van Spanje.

Werk en Jachtproeven, om reden dat een Perro niet door het land van herkomst (Spanje) bij de FCI is aangemeld als werkhond kan een Perro daardoor niet in wedstrijdverband mee doen aan werk- en jachtproeven.


ALGEMEEN BEELD
Eenvoudige hond van goede verhoudingen (middelzwaar). Langschedelig. Is in afmetingen iets langer dan hoog (verhouding 9 : 8).  Harmonisch gevormd, een sierlijke verschijning. Is atletisch gebouwd en goed bespierd, dankzij voortdurende oefening. Heeft een rechtlijnig profiel. Gezicht, reuk en gehoor zijn zeer goed ontwikkeld.



KARAKTER
Trouw, gehoorzaam, vrolijk, ijverig, moedig en evenwichtig. Heeft een groot leervermogen door zijn buitengewone begripsvermogen. Past zich aan alle situaties aan.


GEBRUIK
Herdershond, jachthond, hulp bij de vissers, gezelschapshond.



GROOTTE EN GEWICHT
Schofthoogte van de reuen: 44 tot 50 cm.
Schofthoogte van de teven: 40 tot 46 cm,
2 cm meer is toegestaan, mits de bouw van
de hond harmonieus blijft. Minder mag nooit.
Gewicht van de reuen: 18 - 22 kg.
Gewicht van de teven: 14 – 18 kg.



HOOFD
Stevig hoofd, sierlijk gedragen


SCHEDELOMGEVING:
Schedel: Platte schedel, onopvallende achterhoofdsknobbel. Schedel en voorsnuit lopen evenwijdig aan elkaar.
Stop: Licht geprononceerde stop.



GEZICHTSOMGEVING:
Neus: De neusgaten zijn goed zichtbaar. De neusspiegel heeft dezelfde kleur, of is iets donkerder dan de donkerste kleur van de vacht.
Voorsnuit: De verhouding tussen de schedellengte en de snuit is ongeveer 3 : 2.
Lippen: Goed aansluitende boven- en onderlippen.
Gebit: Goedgevormde, witte tanden. Goed ontwikkelde hoektanden.
Ogen: De ogen staan een beetje schuin en tamelijk ver uit elkaar. Ze zijn zeer expressief. Iris van hazelnoot- tot kastanjekleurig, overeenstemmend met de vacht is wenselijk. Het bindvlies is niet zichtbaar.
Oren: Halfhoog aangezette, driehoekige, hangende oren.


NEK
Kort en gespierd, met strak aanliggende huid.
Zeer goed aangesloten op de schouders.



LICHAAM
Robuust lichaam.
Bovenbelijning: Recht.
Onderbelijning: Strakke buiklijn.
Schoft: Weinig opvallend.
Rug: Recht en krachtig.
Borst: Breed, diep. Goed gebogen ribben.
Ruime borstkast met groot longvolume
Croupe: Iets aflopend.


VOORHAND
Stevig en recht.
Schouders: Goed bespierde schuinstaande schouders, perfect aangesloten op de borstkas.
Opperarm: Krachtig en schuin geplaatst.
Ellebogen: Evenwijdig en dicht tegen de borst aangelegen.
Voorpoten: Krachtig en recht.
Polsen: Krachtig, iets kort.
Voeten: Krachtige middenvoetsbeentjes en voetwortels met stevige botjes en pezen. Ronde voeten met goed aangesloten tenen. Nagels van verschillende kleur. Sterke, resistente voetkussentjes.



ACHTERHAND
Perfect verticaal. Niet opvallend gehoekt en met spieren die in staat zijn het lichaam de krachtige impuls te geven bij het lopen en voor het maken van gemakkelijke en sierlijke sprongen.
Dijbenen: Breed en goed bespierd.
Onderbenen: Goed ontwikkeld.
Sprongen: Diep spronggewricht.
Knieën: Kort, droog en verticaal geplaatst.
Voeten: Zie voorhand.

STAART
Halfhoog aangezet. *
*De omschrijving van de staartdracht is vervallen in afwachting van de besluiten hierover van de Spaanse moederclub.


GANGWERK
De voorkeursgang is de draf, hoewel hij ook een spectaculair gamma van sprintjes, sprongen, draaien en dribbels laat zien die blijk geven van zijn een onuitputtelijke energie. De galop is kort en huppelend.



HUID
Soepel, fijn, strak om het lichaam sluitend, met kastanjekleurige pigmentatie, zwart of in overeenstemming met de donkerste tint van de vacht. Hetzelfde geldt voor de slijmvliezen.



VACHT
Lang en uniform over het gehele lichaam. Altijd gekruld en wollig. Honden met lang of geschoren haar, evenals die honden, waarvan het haar op de kop, poten of voeten afgeknipt is, worden toegestaan. In geen geval worden kunstmatig geschoren exemplaren toegelaten. De maximaal toegestane lengte van het haar voor tentoonstellingen is 12 cm (gladgestreken 15 cm) en de minimale lengte is 3 cm.



KLEUR
Toegestaan worden alle eenkleurige vachten en de vachten, waarbij twee kleuren gelijkmatig verdeeld zijn, waarbij altijd wit aanwezig moet zijn. Driekleur is niet toegestaan.



FOUTEN
Iedere afwijking van de hiervoor genoemde punten moet beschouwd worden als een fout, die beoordeeld zal worden in verhouding tot de zwaarte van de afwijking van de standaard.



ERNSTIGE FOUTEN
Duidelijke zadelvorming aan de rugkant van de lendenen.
Geen rechte poten.
Hangende of extreem opgetrokken buik.



DISKWALIFICERENDE GEBREKEN
Boven- of ondervoorbijtend gebit. 

Aanwezigheid van rudimentaire tenen.
Het ontbreken van een of beide teelballen of het niet ingedaald zijn van een of beide teelbalen.
Gladde of golvende vacht, Albinisme.
Gespikkelde, zwartgevlekte of bruingevlekte
vachten.
Onevenwichtig karakter.
Opmerking: het wollige haar van de Perro de Agua Español krult vanaf de geboorte. Dat wil zeggen dat bij exemplaren met haren van slechts één centimeter lang, deze over hun hele lichaam gekruld moeten zijn, zelfs als ze zo kort mogelijk geknipt zijn, drogen ze na het wassen helemaal gekruld op.

bottom of page